Over tien jaar levert de Noordzee duizenden MW elektriciteit op, tenminste, als het waait. Als het niet waait is een alternatieve duurzame energiebron nodig. Dat zou waterstof kunnen zijn, gemaakt met duurzame elektriciteit in periodes met veel aanbod. In vergelijking met elektriciteit is waterstof namelijk goedkoper en eenvoudiger te transporteren en op te slaan en net als elektriciteit kan waterstof op veel manieren worden toegepast: in de industrie, voor vervoer, voor verwarming en zelfs voor de productie van elektriciteit. Voor het zover is zijn echter nog de nodige obstakels te overwinnen. Afgezien van het feit dat er voorlopig onvoldoende duurzame elektriciteit beschikbaar is, zijn ook de installaties voor de productie van groene waterstof te klein en te duur. Deze zogeheten elektrolysers kunnen momenteel hooguit 1 MW absorberen. Opschaling en kostenreductie zijn daarom dringend gewenst en dat is precies wat het project 'Gigawatt Elektrolysefabriek' beoogt. Onder de vlag van netwerkinstituut ISPT, neemt een consortium van bedrijven, overheden, universiteiten en kennisinstellingen de handschoen op om een elektrolyser op industriële schaal te ontwerpen. Bij de huidige stand van de techniek kost een elektrolyser van 1000 MW, oftewel 1 GW, al snel één miljard euro, veel te duur om economisch haalbaar te zijn. Om te kunnen concurreren met waterstof gemaakt van aardgas, is een kostenreductie van bijna 70% nodig, een giga-uitdaging voor project Gigawatt Elektolysefabriek.
Vraagresponse: makkelijker gezegd dan gedaan
Hogere afkoopsom voor nieuwe vaste contracten
Provincie Groningen adviseert sluiting gasveld per 1 oktober