Bewonersparticipatie bij zon- en windprojecten moeilijk af te dwingen

21 oktober 2020

Lokale bestuurders zien graag dat de bevolking het klimaatbeleid steunt, ook als dat betekent dat er in de eigen omgeving mogelijkheden worden gecreëerd voor de bouw van wind- en zonneparken. Met dat zogeheten draagvlak is het echter slecht gesteld. Daarom hebben de onderhandelaars van het Klimaatakkoord afgesproken dat er gestreefd moet worden naar 50% ‘burgerparticipatie’. Het idee daarachter is dat als mensen in de (verre) omgeving financieel profijt hebben van een wind- of zonnepark, ze de ontwikkeling ervan een warm hart toedragen. In de praktijk stuit die afspraak van 50% lokaal eigendom echter op de nodige problemen. Niet alleen wordt die afspraak op verschillende manieren geïnterpreteerd, ook ontbreekt een wettelijke basis voor gemeenten en provincies om de afspraak te kunnen afdwingen. Weliswaar maken gemeenten en projectontwikkelaars vaak afspraken over financiële participatie door bewoners en/of over het opzetten van omgevingsfondsen, juridisch zijn die eisen niet hard te maken. Welbeschouwd betreffen het slechts inspanningsverplichtingen, blijkt uit onderzoek naar de juridische mogelijkheden. Alleen als de grond waarop de installaties voor de opwek van duurzame elektriciteit moeten verrijzen van de gemeente of provincie is, dan kan bij de gronduitgifte wel bindende eisen worden gesteld.


Deel dit


Dit vind je misschien ook interessant….